Het aantal gespecialiseerde koffiebars in Nederland is de afgelopen vijf jaar verdubbeld, van 700 naar 1.400. Dat blijkt uit een analyse van ANP/LocalFocus op basis van cijfers van horecadatabase Datlinq. In dezelfde tijd nam het aantal lunchrooms toe van 3.500 naar 3.900.
Utrecht is de provincie met de grootste toename van het aantal plekken waar mensen koffie kunnen drinken, met een stijging van bijna 45 procent. Daarna volgen Zeeland en Gelderland.
Van de grootste gemeenten steeg het aantal koffie- en lunchtenten het hardst in Zoetermeer. In vijf jaar tijd nam dit aantal locaties in de Zuid-Hollandse gemeente met 60 procent toe. Ook in Westland, Leiden, Nijmegen, Apeldoorn en Haarlemmermeer is het aantal koffie- en lunchplekken in die periode met minstens 50 procent toegenomen.
Horecazaken moesten in 2020 en 2021 meerdere keren de deuren sluiten vanwege de uitbraak van corona, hoewel eten en drinken afhalen wel mogelijk bleef. Desondanks groeide het aantal horecazaken in die jaren. Die ontwikkeling was ook te zien bij de koffie- en lunchzaken.
Horecazaken konden het hoofd boven water houden dankzij overheidssteun
Econoom Katinka Jongkind van ING ziet er een aantal mogelijke verklaringen voor dat het aantal koffie- en lunchzaken niet is afgenomen, maar juist gestegen. ,,Iedereen werkte thuis en wilde natuurlijk een bak koffie of een broodje halen. Tijdens de lockdowns konden mensen wel eten en drinken afhalen, waardoor met name koffie- en lunchzaken het omzetverlies wisten te beperken. Bovendien konden veel horecazaken het hoofd boven water houden dankzij overheidssteun.ā